“Morgen ga ik écht op tijd opstaan om een rondje te hardlopen!” Een voornemen dat veel mensen waarschijnlijk wel herkennen. Maar waarom lig je de volgende ochtend dan zo lekker in bed?
Van willen naar ook echt doen: dit gaat blijkbaar toch niet automatisch in elkaar over. Waar gaat het mis? Uit verschillende onderzoeken blijkt dat er een gat bestaat tussen intentie en uitvoeren. Het is dus helemaal niet gek om het bovenstaande scenario te ervaren. Er zijn een aantal dingen die het ‘gat’ tussen intentie en uitvoer lijken te veroorzaken.
1. Een gebrek aan self-efficacy: je bent wel gemotiveerd, maar hebt er eigenlijk geen vertrouwen in dat het gaat lukken. Bijvoorbeeld omdat het de vorige keren ook niet is gelukt.
2. Geen plan hebben: hoe ziet de weg naar je doel eruit? Welke sport ga je doen, hoe lang ga je dit doen en wanneer ga je beginnen?
3. Een te groot doel hebben: een doel moet haalbaar zijn en binnen korte tijd te bereiken zijn. Zo houd je motivatie het hoogst. Bedenk bijvoorbeeld tussentijdse doelen voor jezelf.
4. Te veel willen: stoppen met alcohol drinken, stoppen met roken, minder uit eten, meer tijd voor familie en een paar kilo afvallen. Door alles tegelijk te willen doen is het bijna zeker dat het gaat mislukken en je geen enkel doel behaalt.
5. Je omgeving werkt tegen: ook al wil je een doel behalen voor jezelf, met een omgeving die tegenwerkt wordt het erg moeilijk. Maak dus duidelijk wat je plannen zijn en waarom, vraag eventueel je omgeving om te helpen of zelfs mee te doen.
Kortom, kies een doel dat haalbaar is, niet te lang duurt en waar je een duidelijk plan voor hebt. Hierdoor zal je zelfvertrouwen groeien en voor je het weet werk je al aan je volgende doel!