Kun je voedingsmiddelen eigenlijk wel goed of slecht noemen?
In de voedingswetenschap worden voedingsmiddelen beoordeeld aan de hand van
voedingsstoffen. Een stukje kaas bijvoorbeeld bevat zout, dus zou het stempel
“slecht” kunnen krijgen.
De wetenschap begint echter steeds minder streng te kijken naar eten. Want dat
stukje kaas dat “slecht” is, bevat ook het nodige calcium, dat nodig is voor
gezonde botten. Dus dat stukje kaas kan als goed én slecht worden beschouwd.
Vroeger werd er vooral onderzoek gedaan naar losse voedingsstoffen
zoals verzadigd vet en zout. Die onderzoeken werden gedaan met behulp van
speciale shakes of pillen die alléén die voedingsstof bevatten. Dit geeft natuurlijk
een vertekend beeld van de resultaten. Tegenwoordig worden voedingsmiddelen
steeds meer als één geheel beoordeeld, en worden ze ook op die manier getest.
Dus dan wordt er vóór een voedingsmiddel goed of slecht genoemd wordt, gekeken
naar alle ingrediënten en voedingsstoffen samen. Ook wordt er specifieker
onderzoek gedaan naar de effecten van het gehele voedingsmiddel, in plaats van
de effecten van een losse voedingsstof. Want tenslotte eten we voornamelijk
producten uit de supermarkt, en niet losse vetpillen, koolhydraatpillen en
zoutpillen.
En de kaas? Hartstikke gezond!